Geen energielabel voor een kantoor, hoe erg is dat precies?

Geschreven door Mark Tesselhoff RT op 11 mei 2021

Veel Nederlandse kantoren hebben geen energielabel. Zullen ze niet voldoen aan de eis van minimaal label C in 2023? Dit weten we al na onderzoek door het Kadaster.

Onderzoeken waaruit blijkt dat veel kantoren nog geen energielabel van minimaal C hebben, kunnen alarmerend zijn. Op 1 januari 2023 wordt dat label verplicht voor kantoren, dus zijn nog maar twintig maanden te gaan. De lezer kan de indruk krijgen dat de tijd te kort is om al die gebouwen alsnog op het vereiste energieprestatieniveau te krijgen. Is dat ook zo? Om dat te kunnen zeggen, is een nadere blik nodig.

Kantoren die nog niet voldoen aan de toekomstige eis van minimaal label C zijn er in twee soorten. Ten eerste zijn er de gebouwen die al een keuring van de energieprestatie doorliepen en daarbij label D of slechter kregen. In principe is dat simpel: de energieprestatie van zulke gebouwen moet omhoog om aan de minimale eis te voldoen. Ingewikkelder ligt dat voor de panden die nog geen energiekeuring hebben gehad. Moet aan die gebouwen nog veel gebeuren of is het vooral een kwestie van label aanvragen en klaar? Vastgoedmarkt liet het Kadaster onderzoek doen naar deze categorie kantoren.

58.950 kantoorobjecten zonder label

Eerst iets over de onderzoeksopzet. Het Kadaster heeft twee dingen gedaan. Ten eerste: de kantorenvoorraad combineren met de verstrekte energielabels. De uitkomsten daarvan staan in dit artikel. Ten tweede: een indicatie van de energieprestatie geven voor gebouwen waarvoor nog geen energielabel beschikbaar is. Die berekening vond plaats na overleg met Vastgoedmarkt. De basis was een methode van het EIB en ECN, waarover zo meteen meer.

Nu verder met de categorie kantoren zonder label. Bij een onderzoek uit 2018 kwam het Kadaster tot een aantal van 69.200 objecten met de functie kantoor waarvoor geen energielabel was afgegeven. Daarvan bleken er eind 2020 inmiddels 10.250 wel een energielabel te hebben. Dan blijven over: 58.950 objecten die nog niet voldoen aan de eis van minimaal C in 2023 omdat ze überhaupt geen energielabel hebben.

Op het niveau van individuele panden valt op basis van de opgestelde onderzoeksgegevens niets te zeggen over de energieprestatie. Maar op het niveau van de gebouwenvoorraad wel. Volgens een rapport van het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB) en ECN hangt de energieprestatie sterk samen met de leeftijd van een gebouw. Die bouwjaren van panden staan geregistreerd in de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG) van het Kadaster. Die gegevens kunnen we met elkaar combineren.

Energieprestatie per bouwjaar

Energieprestaties van gebouwen gingen de afgelopen eeuw met sprongen vooruit. Vóór 1920 hadden gevels geen spouw. Gevelisolatie deed pas in 1975 haar intrede, samen met dubbel glas. Met het Bouwbesluit kwam er in 1992 een minimum voor de Rc van 2,5. Sinds 2015 gelden er isolatie-eisen uitgedrukt in Rc van 3,5 voor vloer, 4,5 voor gevel en 6,0 voor dak.

Het EIB en ECN gaven aan wat voor energielabels bij welke bouwjaren horen als nog geen verduurzaming heeft plaatsgevonden. Niet verduurzaamde kantoren van voor 1974 hebben G, zo hebben EIB en ECN berekend. Voor de periode 1974-1981 is dat F, voor 1982-1992 E en voor 1993-1999 D.

Helft ongelabelde kantoren is oké

Weer terug naar die 58.950 kantoorobjecten zonder energielabel. Als de gegevens van het Kadaster met de methode van het EIB en ECN worden gecombineerd, ziet het er naar uit dat voor bijna de helft van deze objecten alleen een label hoeft te worden aangevraagd. Want 28.551 van die objecten zouden volgens deze gegevens al label C of hoger halen. Verduurzaming is voor deze objecten niet nodig om aan de toekomstige eis te voldoen.

Op termijn komt de lat hoger te liggen, maar zelfs dat is lang niet altijd een probleem. Een flink aantal van de kantoorobjecten is volgens de data van het EIB, ECN en het Kadaster klaar voor de verwachte eis van label A in 2030: 12.654 kantoorobjecten zonder energielabel zouden bij een keuring A tot en met A++++ halen. Nog eens 12.791 ongelabelde kantoorobjecten zouden goed zijn voor label C en 3.106 zouden B halen.

Bij iets meer dan helft van de ongelabelde panden moet nog wel wat gebeuren om straks aan de labelplicht te voldoen: van 30.399 objecten schat het Kadaster dat ze in de huidige staat energielabel D of slechter zouden halen. Maar de stap naar minimaal label C is meestal niet zo heel groot. De slechtste energieprestatie, die goed zou zijn voor label G, wordt toegedicht aan maar 801 van die niet-gelabelde kantoorobjecten. Volgens de onderzoeksgegevens komt het energielabel F het vaakst voor: 17.395 keer. Om die kantoren de stap naar C te laten maken, kan bijvoorbeeld de combinatie van ledverlichting en veegpulsschakeling helpen, aldus het EIB en ECN.

Controle

Hoe nauwkeurig zijn de indicatieve energielabels? Dat is vast te stellen met een vergelijking. Daartoe kijken we eerst naar de objecten waarvoor het Kadaster op verzoek van Vastgoedmarkt medio 2018 een indicatief energielabel heeft berekend met de ‘EIB/ECN-methode’. Een deel van die gebouwen bleek eind 2020 inmiddels wel een label te hebben. In een aantal gevallen is die energieprestatie anders dan eerder berekend. Het kan zijn dat dit verschil het gevolg is van de verduurzamingsslag waar het de overheid om te doen is bij de invoering van de labelplicht. Om uit te sluiten dat verduurzaming een rol speelt, kijken we alleen naar de gebouwen met een slechter energielabel dan het Kadaster eerder had berekend. Zo ontstaat een beter beeld van de nauwkeurigheid van de indicatieve energielabels.

Sinds medio 2018 hebben 10.250 ongelabelde kantoren een energielabel gekregen. Van deze kantoren zijn er destijds 4.501 op minimaal label C geschat. In de praktijk hebben 313 van deze kantoren toch een vastgesteld energielabel gekregen dat slechter is dan label C. Ofwel: 7 procent van de kantoren die beter leken te scoren dan label D, deed dat in de praktijk niet. Voor 93 procent van de kantoren geldt dat ze zowel op basis van de berekende als vastgestelde energielabels voldoen aan de eis van 2023.

Wat kunnen we zeggen over de accuratesse van deze schatting? Dat wordt duidelijk wanneer we dezelfde vergelijking maken voor de kantoorobjecten die op beide meetmomenten al een energielabel hadden. Medio 2018 hadden 6.053 kantoorobjecten label C of hoger. Daarvan bleken er eind 2020 287 toch label D of lager te hebben. Dat komt neer op 5 procent. Ook bij energiekeuringen blijken dus onnauwkeurigheden op te treden.

Conclusie

We hebben twee vergelijkingen gedaan. We weten nu hoe vaak het Kadaster terecht inschatte dat een nog ongelabeld kantoor minimaal C had. Ook weten we hoe vaak een vóór medio 2018 eerder afgegeven label van minimaal C eind 2018 opnieuw minimaal label C had. De uitkomsten van beide vergelijkingen verschillen weinig.

Conclusie: op het niveau van de voorraad kantoorobjecten zit het Kadaster er niet veel vaker naast dan de bureaus die de energielabels verstrekken. Waarschijnlijk klopt dus de inschatting dat bijna de helft van de ongelabelde objecten nu al presteert op minimaal label C. De Nederlandse kantorenvoorraad is dus minder onduurzaam dan gedacht.

Bron: Vastgoedmarkt

Geen energielabel voor een kantoor, hoe erg is dat precies?
Mark Tesselhoff RT
Neem contact op met Mark

Interessant nieuws

Bekijk overzicht
Krapte neemt toe op Arnhemse kantorenmarkt

Krapte neemt toe op Arnhemse kantorenmarkt

ARNHEM - De krapte op de Arnhemse kantorenmarkt neemt toe. Dit blijkt uit het jaarlijkse onderzoek van BMV Research naar de ontwikkelingen op de lokale kantorenmarkt. De afgelopen vier jaar is...
Verhuurtransacties op Retail Park Arnhem

Verhuurtransacties op Retail Park Arnhem

ARNHEM - Na de recente oplevering van nieuwe winkelunits aan Fietsvoordeelshop.nl en Huisdiervoordeelshop op Retail Park Arnhem, heeft ook Swiss Sense haar winkelunit betrokken. Swiss Sense...
Bekijk overzicht